Staatsburger
De meeste mannen en vrouwen denken dat als ze een ‘staatsburger’ zijn, en onder de jurisdictie van het land vallen. Maar een ‘staatsburger’ heeft nooit in het rijk van de levenden gefunctioneerd, maar behoord ook tot het rijk van de doden.
Het rechtssysteem wil dat wij geloven dat wij de staatsburger, de ‘persoon’ zijn, de entiteit, de rekening, de naam, de burger, de eiser, de gedaagde, de belastingbetaler, de schuldenaar.
Merk op hoe het systeem ons reduceert tot een fictie, een zelfstandig naamwoord, zodat het ons op gemeenschappelijke grond kan plaatsen; de enige plek waar zaken tussen ficties kunnen plaatsvinden.
Als we de rol van Staatsburger of Burger accepteren, worden we een personage in hun script, en niet langer de auteur van ons eigen leven.
Deze hele wereld van rechtsgebieden is ontstaan omdat mensen het bedachten, opschreven, erin geloofden en het in praktijk brachten.
Als u gelooft dat het echt is, gebruik u uw goddelijke manifestatiekracht om het voor uzelf werkelijkheid te maken.
Als u niet gelooft dat het echt is, vervalt het tot wat het altijd al was: een door mensen bedacht idee, een fictie
Het oorspronkelijke geschapen Goddelijk Koninkrijk is het rechtsgebied voor de levende mannen en vrouwen, maar zelfs hier heeft de mens er een juridische fictie constructie van gemaakt, een imitatie, een slap aftreksel voor de menselijke verbeelding, inkt op papier, gedelegeerde autoriteit, symbolische structuren.
Het bestaat alleen maar omdat mensen erin geloven.
Levende landjurisdictie
Elke ochtend wanneer u voor de spiegel staat, kijkt u naar het enige wettige landrecht op aarde: de levende adem en vonk van de Allerhoogste.
“As tot as, stof tot stof; uit de aarde zijt gij gekomen, en tot de aarde zult gij wederkeren.”
Wij zijn gevormd uit het land, bezield door de adem van de Allerhoogste, en wij keren terug naar het land wanneer die adem ons verlaat.
Daarom wordt de levende man of vrouw gemaakt van en door het landrecht, niet door een grondwet, niet door een statuut, maar door de schepping.
Geen enkele media kan het verlenen.
Geen enkele instantie kan het overrulen.
Geen enkele instelling kan het evenaren.
Dode jurisdictie
Al het andere, een koninkrijk, de staten, de provincies, de federale overheid, de gemeentelijke structuren, agentschappen, wetten en codes, behoort tot het rijk der doden.
Ze bestaan alleen op papier, in contracten en in de verbeelding van mensen. Ze hebben geen adem, geen levensvonk, geen eeuwige autoriteit.
Ze zijn volledig afgeleid, afhankelijk van geloof, handhaving en dwang. Als mensen ze niet meer zouden erkennen, zouden ze ophouden te bestaan, want ze zijn door de mens gemaakt, niet geschapen door de Allerhoogste.
De “burger”, de “persoon”, de “belastingbetaler”, de “schuldenaar” zijn allemaal rollen binnen dit dode rechtsgebied. Stap in deze rollen en u stapt in een wereld van controle, beperking en reflectie.
Alleen geloof houdt deze dode wereld in stand, ons geloof geeft haar macht. Trek ons geloof in, en de dode jurisdictie heeft geen vat meer op ons.
De bittere pil
Wat de mens zich voorstelt, moet de mens handhaven.
Wat de Allerhoogste schept, houdt zichzelf in stand.
De denkbeeldige rechtsgebieden van mensen zijn volledig afhankelijk van geloof.
De levende jurisdictie van de Allerhoogste bestaat, of iemand het nu gelooft of niet.
Volgens de menselijke verbeelding kan het een niet zonder het ander: de ‘burger’ heeft de ‘staat’ nodig, de ‘persoon’ heeft de ‘regering’ nodig, de ‘schuldenaar’ heeft de ‘schuldeiser’ nodig.
Maar deze paren bestaan alleen binnen de fictieve wereld van contracten en codes.
U bent nooit in die wereld geboren.
U werd erbij betrokken via gecreëerde namen, documenten en aannames.
De oorsprong van “staatsburger”
Om het begrip ‘staatsburger’ te begrijpen, moet u het volgende onthouden:
– De term komt niet van de Allerhoogste.
– Het komt niet uit het Heilige Schrift.
– Het kwam niet voort uit de natuur, het leven, de adem of de geest.
Het kwam van overheidsarchitecten.
Het concept van een burger zelf komt uit Rome:
“Civis” (Citizen/burger) een lid van de staat, in dienst van het burgerlijk gezag.
Dus meteen geldt: burger = onderworpen aan de staat.
Staatsburgerschap was primair.
Uw politieke identiteit kwam voort uit de staat.
Burgerschap bestond niet op zichzelf. De federale overheid had geen bevoegdheid om burgers te creëren.
Ook toen was er nog sprake van een juridisch-politieke identiteit:
Niet ademend.
Niet eeuwig.
Niet spiritueel.
Gewoon papierwerk.
In het door de mens gecreëerde geschreven recht komt deze combinatie voor:
“Alle personen die geboren zijn of genaturaliseerd zijn… zijn burgers van het Koninkrijk en van de staat waarin zij wonen.”
Burger van het Koninkrijk EN burger van de staat.
En let op het sleutelwoord: PERSONEN
Geen mannen.
Geen vrouwen.
Geen levende zielen.
Geen adem van de Allerhoogste.
Een persoon is een juridisch fictief gegeven, een weerspiegeling.
Een ‘staatsburger’ is een politiek contract dat door mensen op papier was gecreëerd.
Tegenwoordig bestaat elke ‘staatsburger’ alleen nog maar door de lens van de federale categorie ‘burger van het Koninkrijk’
Door een wettelijke, politieke status die nog steeds volledig binnen het dode rechtsgebied opereert.
Alle provincies, elk afzonderlijk, zijn in hun huidige vorm onderworpen aan de federale overheid.
Wanneer u zich onder de jurisdictie van een provincie plaatst, valt u automatisch onder de federale jurisdictie.
Het een kan niet zonder het ander.
Zolang een mens probeert het systeem te verlaten met behulp van het systeem, blijft hij gevangen in het systeem.
Zoals in de film War Games gezegd: “Vreemd spel. De enige winnende zet is om niet mee te spelen.”
Of men zichzelf nu noemt als:
Burger
Staats Burger
Staats Onderdaan
Soevereine burger
Vrije inwoner
Etc.
Ze identificeren zich nog steeds met een juridische reflectie, niet met de levende adem.
De harde waarheid
– Als het document ons kan definiëren, dan bezit het document ons.
– Als de staat ons kan classificeren, heeft de staat jurisdictie over ons.
– Als we documenten nodig hebben om te bewijzen dat we nog leven, spreken we namens de reflectie.
De oorspronkelijke landbevoegdheid behoort toe aan de Allerhoogste, gedragen in onze levende adem.
Alles wat de mens jurisdictie noemt, is een vervalsing van het origineel, een imitatie van de oorspronkelijke landbevoegdheid.
“De aarde is van de HEERE en al wat zij bevat, de wereld en wie er wonen.” Psalm 24:1
Dit is de oorspronkelijke landrechtspraak. Wij zijn de oorspronkelijke landrechtspraak.
Wees gewoon de “IK BEN” die u bent en alle door de mens gecreëerde dode rechtsgebieden vallen weg.
“En u zult de waarheid kennen, en de waarheid zal u vrijmaken.” Johannes 8:32